De fietser van nu is anders dan die van 15 jaar terug. Het zijn er meer en ze fietsen meer én sneller. Dat vraagt om aanpassingen in de infrastructuur en bewegwijzering.Ewoud Vink is vanuit de provincie Noord-Brabant trekker van de pilot wayfinding voor regionale fietsroutes. ‘Een andere kleur of letter op het bord, kan net die paar seconden winst opleveren die voor een veilige kruising zorgt.’
Pilot
Als de hoogwaardige regionale fietsroutes in de toekomst aan elkaar verbonden zijn als een fijnmazig nationaal web waar je als fietser non-stop kunt doortrappen, dan is Ewoud Vink op dit moment de spin die druk aan het spinnen is. Hij is als beleidsadviseur van de provincie Noord-Brabant de coördinator vanuit de Tour de Force (Nationale Fietsagenda) voor de verschillende pilots die vanaf eind 2016 uitgevoerd zijn en de komende maanden nog op de planning staan. De resultaten van al die onderzoeken leveren nog dit jaar genoeg inzichten op voor een advies richting Platform bewegwijzering van het CROW. Dit zou kunnen leiden tot de aanpassing van de richtlijn die de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBd) hanteert bij het opstellen van de planvorming voor alle wegbeheerders, om zo fietsers vlot en veilig van A naar B te begeleiden.

Op de agenda
‘Fietsen staat hoog op de politieke agenda’, zegt Ewoud. ‘De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat wil nog deze kabinetsperiode 200.000 forenzen extra op de fiets en veel regio’s hebben zich gecommitteerd om deze ambitie waar te maken. Fietsen is beter voor het milieu en beter voor je lijf – win, win. Dat ‘snel’ werkt nogal eens verwarrend, trouwens. De routes zijn absoluut niet alleen bedoeld voor snelle fietsers op mountainbikes of elektrische fietsen, maar óók voor scholieren en bakfietsen. Het snel verwijst naar het gemak waarmee je als fietser grotere afstanden kunt afleggen. De fietsroutes zijn beter uitgerust voor verschillende types gebruikers – ze zijn breder, geasfalteerd en hebben, vaker dan nu, voorrang op zijwegen. Ook maken we gebruik van een ander soort wegmarkeringen en bewegwijzering.’

Paar seconden winst
Het meekrijgen van alle partijen ging zeker niet vanaf dag één soepel, herinnert Ewoud zich. ‘Dingen anders doen dan organisaties gewend zijn – dat vraagt om een lange adem vaak. Innoveren kost tijd, je hebt draagvlak nodig, moet energie stoppen om mensen mee te krijgen. Neem de plek waar tot nu toe altijd de bewegwijzering op fietspaden staat: op het beslismoment zelf, dus op de kruising of afslag. De snellere fietser ziet zo’n bord dus pas laat, en hoe sneller je fietst, hoe gevaarlijk de situatie mogelijk wordt. Uit de sociale psychologie weten we dat mensen hun aandacht niet gelijk kunnen verdelen. Als ze dus bezig zijn met de vraag of ze nog op de goede weg zijn, hebben ze minder oog voor hun omgeving. Niet zeker weten of je goed fietst, geeft stress. En stress en verkeer zijn eigenlijk nooit een goede combinatie. Gestreste verkeersdeelnemers zijn minder aardig voor andere weggebruikers en het wordt minder veilig. Andersom geldt dus hetzelfde; een duidelijke bewegwijzering kan net die paar seconden winst opleveren die voor een veilige kruising zorgt.’

In elke regio dezelfde borden
Samen met de NBd ontwikkelde het projectteam verschillende varianten (met variaties in onder meer kleur, indeling en lettertype) die in oktober en november getest gaan worden. Op drie trajecten, Deventer-Apeldoorn, Eindhoven-Veldhoven en Utrecht-Bilthoven, worden de varianten met tijdelijke bewegwijzering aangebracht. Daar zullen geselecteerde gebruikers hun ervaring delen. Door de borden te filmen, kan er in deze pilots een grotere groep respondenten benaderd worden, die online vragen zal beantwoorden. Ewoud: ‘Dankzij de NBd konden we goede varianten maken. Zij hebben meegedacht met de details, zoals het toepassen van kleurvlakken en het rechts- en links uitlijnen van teksten zodat de rijrichting geaccentueerd wordt. Door expertise en ervaring van alle partijen samen te brengen, verzin je samen slimme oplossingen waar je in je eentje niet opgekomen was.’ Er liggen op dit moment in Nederland circa 20 hoogwaardige regionale fietsroutes, er zijn er zo’n 40 in voorbereiding en nog eens 60 op de planning. Ewoud: ‘De bevindingen van onze pilots moet een blauwdruk opleveren waar ook andere regio’s mee aan de slag kunnen. Zodat er straks een uniforme bewegwijzering is op alle snelle fietsroutes.’